De reis Glacier.

Vandaag rijden we van Spokane naar Apgar dat vlakbij Glacier national park ligt. Na het ontbijt, nemen we op weg naar onze kamer meteen een bagage karretje mee. Als we alles op/in/aan deze kar hebben geladen, rijden we de volle en zware kar naar de lift en daarna naar de auto. Buiten is het al lekker warm. We rijden eerst naar een Walmart supercenter want we hebben niet zo heel veel brood meer en het brood dat we daar de laatste keer kochten, bevalt ons zo goed, dat we dat echt meer willen eten.

De Walmart ligt een kleine 11 km verderop. Zo’n Supercenter blijkt letterlijk een súper grote winkel te zijn. Als we voortaan kunnen kiezen uit verschillende Walmart winkels, moeten we echt een supercenter hebben.

Na de boodschappen kunnen we de route naar het hotel in Apgar opgeven in TomTom. Het wordt een rit van 451 km waar we, volgens TomTom net iets meer dan 5 uur over zullen doen.

We rijden eerst nog een stukje door de staat Washington, daarna rijden we door de staat Idaho maar verreweg het aller aller mooiste stuk van de route gaat door de staat Montana. Wat is dat een vreselijk mooi stuk zeg.

Hoge bergen, brede valleien, enorme vergezichten, gecombineerd met mooie wolken en lekkere zon: prachtig!

Aan de rand van het Flathead Lake nemen we een korte drink- en eetpauze. Dat is een mooi en groot meer al ver in de Rockies. Want voor alle duidelijkheid, deze vakantie is voornamelijk in de North Rocky Mountains.

Rond 15.30 uur rijden we Apgar binnen. Deze plaats ligt al in het Glacier National Park.

Uitzicht uit onze kamer over Lake McDonald.

Ons hotel heeft een spectaculaire ligging, alle kamers liggen direct aan de rand van het schitterende Lake Mc Donald.

De omgeving even verkennen.

Echt heel bijzonder hoor; je loopt van uit onze kamer zo het meer in en in de verte zijn heel hoge bergen met sneeuw op de toppen. Prachtig! We gaan met wat fris/ bier en chips eerst eens rustig genieten van de rust en het schitterende uitzicht op deze bijzondere plek.

Vervolgens lopen we even het Glacier Visitor Center in voor extra info over de hikes die we willen doen morgen. Maar dan lopen we toch snel terug naar onze kamer waar we in de 2 stoelen gaan zitten die buiten uitkijken over het meer. Daar zitten we tot het donker wordt.

Het uitzicht vanaf ons terras.

De tekst die we op de ansichtkaart zetten, komt er op neer dat als je kijkt naar de (mooie) foto van de ansichtkaart, óns uitzicht mooier is dan de foto van de kaart. Zoiets moois krijgen we niet snel meer te zien, zeker niet vanuit hotelkamer.

Naar de Logan Pass.

We willen de Hidden Lake Overlook trail lopen en daarvoor moeten we naar de Logan Pass rijden. Gisteren hadden we van een Ranger gehoord dat de parkeerplaats daar behoorlijk snel vol is maar dat als je op tijd komt er nog genoeg parkeerruimte is.
De volgende ochtend staan we dus om 7 uur ’s morgens op. Het wordt hier best koud ’s nachts. De lucht is hier heel heel schoon en het is hier ’s nachts ook heel erg donker omdat de dichtstbijzijnde stad behoorlijk ver weg is.

Met een onvoorstelbaar uitzicht genieten we van ons ontbijt. Een ontbijt met zo’n uitzicht, dat maken we waarschijnlijk niet meer mee.

We rijden rond 7:45 uur weg. Er is praktisch niemand op de weg. Het eerste stuk van de rit is vlak. We rijden langs Lake McDonald, waar we met onze hotelkamer zo mooi op uitkijken.

Als de weg afbuigt wordt deze even wat slechter, er wordt aan de weg gewerkt, en daarna gaat de weg stijgen. Vervolgens wordt het bij elke bocht mooier en mooier. Het is vroeg, dus de zon staat schuin achter ons en beschijnt het dal waar we net uit komen. We stoppen best veel om te filmen en foto’s te maken.

Op weg naar de Logan Pass.

Wat een vergezichten, wat een schitterende omgeving.

Rond 9 uur zijn we boven. De parkeerplaats heeft nog meer dan genoeg parkeerplaatsen dus we zetten de auto weg, trekken onze wandelschoenen aan en pakken de wandelstokken, op advies van de Ranger die we gisteren spraken.

Wandelen naar het Hidden Lake.

Het eerste stuk van de wandeling gaat over houten vlonders maar al snel lopen we over schitterend witte sneeuw.

Eerst lopen we over houten vlonders.

Het gaat behoorlijk steil omhoog en de vergezichten worden steeds mooier.

Als we beginnen aan de wandeling is het erg rustig op de berg.

Het is heerlijk rustig op de berg en de zon schijnt krachtig. Het is zo mooi, vooral ook door de staalblauwe lucht boven de helder witte sneeuw. We kijken onze ogen uit!

Na het eerste steile stuk door de sneeuw komen we op een vlak stuk. Hier is de sneeuw voor een groot gedeelte gesmolten en zien we mooi fris groen gras. Overal nieuwe plantjes en bloemen. Het lijkt wel lente met al dat frisse groen.

Al snel zijn we bij de Overlook (het is dan ongeveer 11 uur). We zien het Hidden Lake ver onder ons liggen.

Het Hidden Lake.

Dat ziet er heel erg mooi en betoverend uit. Beneden staat klaarblijkelijk nauwelijks wind, want het water oppervlak is op veel plaatsen helemaal stil. Je kan de bomen langs de kant en de berg erachter er gewoon in zien weerspiegelen. Heel mooi!

Het stuk na de overlook is ook schitterend. We lopen eigenlijk bovenlangs het Hidden Lake. We zien tijdens dit stuk ook hele families Berggeit, incl jongen.

Het goed begaanbare pad loopt afwisselend over de stenen dan weer over een dik pak sneeuw. De afdaling naar het Hidden Lake gaat zigzaggend en is toch wel steil. De stokken zijn erg handig en bieden veel steun. Om even voor 12 uur zijn we beneden bij het meer. We vinden een plekje waar we rustig kunnen zitten, en pakken ons leesboek.

Lezen op deze plek is bijzonder hoor.

Daar aan de waterkant lezen we bijna 3 kwartier.
Wat is dat bijzonder zeg! We horen her en der andere mensen, maar verder is het een idyllische stilte. Je blik wordt veelvuldig afgeleid van de bladzijde in het boek naar het schitterende uitzicht. Wat een bijzondere plek om daar je boek te lezen.

Terug naar de auto.

Als we blikken billen krijgen, beginnen we aan de klim terug naar boven. Het eerste, steile stuk is wel zwaar, maar het is goed te doen.

Waar we op de heenweg veel stopten om te genieten van het schitterende uitzicht, stappen we op de terugweg behoorlijk door. Op de heenweg hebben we er 3 uur over gedaan om bij het meer te komen, de terugweg gaat in 2 uur.

Het is in de tussentijd op de berg en op de parkeerplaats heel veel drukker geworden.

Rond 14 uur is het toch wat drukker geworden.

Als we weer in de bewoonde wereld komen, schrikken we eigenlijk wel een beetje van de drukte. Mensen wandelen in de sneeuw op allerlei schoeisel: sandalen, Flip-flops en natuurlijk gymschoenen. Op sommige stukken hebben wij al wat moeite om rechtop te blijven staan, de mensen op minder goede wandelschoenen hebben het daar echt heel moeilijk. Onvoorstelbaar dat je met zulke ‘schoenen’ zo’n wandeling gaat maken!

Als we bijna bij de auto zijn, beginnen onze beenspieren toch wel een beetje te protesteren. Die zijn duidelijk ook moe.

Om even over 2 uur zijn we bij de auto waar we eerst een lekker koud blikje uit de koelbox pakken. Daarna eten we een paar heel verdiende boterhammen. Het is erg handig om de koelbox bij ons te te hebben.

Going-to-the-sun-road.

Als het eten op is, rijden de resterende kilometers van de Going-to-the-Sun-road af naar het Visitor Centre aan de andere kant: St. Mary. We willen deze hele weg toch een keer helemaal gezien hebben. Onze conclusie is dat het stuk dat we vanmorgen reden (tussen Apgar en de Logan Pass), toch echt mooier is dan het stuk na de Logan pass. Onderweg hebben we nog wel wat foto’s gemaakt en wat gedronken, maar nergens wordt het écht mooier.

Bij het Visitor center bij St.Mary, aan de andere kant, gaan we nog even kort naar binnen waarna we terugrijden naar Apgar.

De Going-to-the-sun-road.

De weg is 50 mijl lang en daar doen we anderhalf uur over.

Heel moe, zeer zweterig maar onvoorstelbaar voldaan komen we rond 17:00 uur aan bij het hotel. Wat was dit een heel bijzondere wandeling zeg!. Deze zullen we ons toch nog vaak herinneren.

Belton restaurant.

We lezen in de Frommers dat er 2 restaurants in west- Glacier de moeite waard zijn. We kunnen er 1 niet vinden dus rijden we naar de ander, het Belton restaurant. Nou dat blijkt een fantastische keuze. We nemen allebei de eend, die op Japanse wijze, met een vleugje Thais is klaargemaakt, echt super lekker en zeer uitgesproken. Er zitten gemarineerde perziken bij en een saus van marmelade en sake. Die kok kan koken hoor!

Als toetje nemen we nog de mango sorbet ijs, heerlijke frisse afsluiter. In Amerika hebben we tot nu toe niet zó lekker gegeten zeg.

De avond op ons terras is schitterend.

Rond 9 uur zijn we weer terug bij ons hotel in Apgar waar we op ons eigen terrasje aan de rand van het meer nagenieten van deze fantastische dag!

Top